Of het nu over asielbeleid, de acties van Extinction Rebellion, landbouw, klimaat of stikstof gaat, de nieuwsvoorziening lijkt steeds meer op een kritiekloze megafoon voor allerlei belangengroepen, schrijft Freek van Beetz op Wynia’s Week.
Van enige journalistieke distantie of kritische analyse is geen sprake, vindt hij. Een paar noties:
Meer dan ooit lijkt de nieuwsvoorziening op de radio en tv een doorgeefluik te zijn geworden van alarmistische boodschappen, van persberichten van belangengroepen en van naar publiciteit hengelende wetenschappelijke instituten. (…)
In de kranten is het niet veel beter. De waan van de dag dringt kritische analyse en duiding van het nieuws naar de achtergrond. Activistische pennenvoerders (en navelstarende columnisten) krijgen alle ruimte om met hun waarheid voor bladvulling te zorgen. (…) Allemaal ter ondersteuning van de actievoerders: waar blijft de journalistieke distantie? (…)
Die kritische distantie ontbreekt steeds meer. (…) Journalistiek moet meer zijn dan het voorlezen, bespreken en afdrukken van persberichten en hun zegslieden. De media lijken soms wel heel gemakkelijk een podium te bieden aan de woordvoerders en communicatiestrategen van NGO’s, belangen- en actiegroepen als Amnesty, Milieudefensie, Urgenda, Greenpeace en meer obscure clubs. Zendtijd en bladvulling (en reuring) behoren niet de criteria te zijn voor het brengen van nieuws.
Objectieve, waardenvrije journalistiek is nog steeds een nastrevenswaardig en verheven ideaal. Iedereen beseft heus wel dat journalisten en de redacties telkens keuzes (moeten) maken. Dat relativeert op zich al het absolute geloof in het waarheidsgehalte van het nieuws. Maar de huidige openlijke en onmiskenbare agendajournalistiek is die oude journalistieke waarden gaan overheersen. Dat heeft het vertrouwen en het geloof in het waarheidsgehalte van het nieuws aangetast. Van dat besef zouden ook journalisten en redacties doordrongen moeten zijn.